REPORTAGEDIEREN OP HET SPOOR
Geurpalen, flitslichten en mini-tunnels: alles uit de kast om hert en lama van de rails te houden
Gemiddeld twee keer per dag ondervindt het treinverkeer last van dieren op of bij het spoor. Dat kost Prorail miljoenen euro’s. De spoorwegbeheerder gooit geurpalen, flitslichten en mini-tunnels in de strijd.
Aan vreemde kostgangers geen gebrek langs het spoor, maar dit had de treinmachinist nog nooit gezien. Langs het spoor tussen Zwolle en Meppel, ter hoogte van Staphorst, hopte een kangoeroe. Het beest zat klem tussen twee sloten aan weerszijden van het talud. Om te voorkomen dat hij voor gek zou worden verklaard, schoot de machinist een filmpje met zijn smartphone. Screenshots daaruit haalden de krant.
Door de verkeersleiding werd de machinist vorig jaar juni in elk geval wel geloofd. Ook als het geen kangoeroe zou zijn; een dier dat zich gevaarlijk dicht bij het spoor bevindt, noopt tot maatregelen. Alle treinen op het traject krijgen de aanwijzing om langzamer te rijden. Weet het beest van geen wijken, dan trommelt Prorail incidentenbestrijders op om de verstoorder zo snel mogelijk weg te krijgen.
Vermakelijk voor Twitter zo’n exotisch dier, maar een kangoeroe tussen de rails leidt tot kosten. Bij een te lange verstoring lopen treinen vertraging op, of ze worden geschrapt. ‘Een TAO, een treindienst aantastende onregelmatigheid, kost ons gemiddeld 8- tot 10 duizend euro per geval’, zegt een woordvoerder van de spoorwegbeheerder.
Buizerd, buffel, lama
Een TAO kan van alles zijn: ongelukken op overgangen, hinder bij slecht weer, draadbreuk, defecte wissels, spoorlopers, maar dus ook een ontsnapte kangoeroe. Of een buffel. Hond. Kat. Paard. Kip. Das. Hert. Ree. Konijn. Eend. Fazant. Gans. Bever. Buizerd. Buffel. Lama. Het halve dierenrijk komt voorbij. Drie jaar geleden liep in Rotterdam zelfs een rode panda langs het spoor. Die had de benen genomen uit Diergaarde Blijdorp.
‘We hebben gemiddeld zo’n 32 meldingen per week van dieren bij het spoor’, zegt Prorail. ‘Daarvan leidt zo’n beetje de helft tot vertraging.’ In de eerste negen maanden van dit jaar was het bijna zeshonderd keer raak. Dat betekent gemiddeld een ton tot anderhalve ton schade per week, 8 miljoen euro in een jaar.
Voor de Nederlandse Spoorwegen valt de rekening van verstoringen door dieren moeilijker op te maken, zegt een woordvoerder. Ja, het bedrijf moet reizigers compenseren als ze langer dan een half uur vertraging hebben en de hele reis vergoeden als het oponthoud langer duurt dan een uur. Er kan schade ontstaan aan het materieel, en als treinen uitvallen verkoopt de NS minder kaartjes. ‘Aan de andere kant hoeven we Prorail niet te betalen voor het gebruik van een spoor als de trein niet rijdt.’
Het Kennisinstituut voor Mobiliteit (KIM), een denktank van de overheid, raamde vorig jaar de maatschappelijke kosten van treinvertragingen bij de NS en concurrenten op 153 miljoen euro. Dat zijn de kosten die reizigers alsnog maken om van A naar B te geraken. Aan ‘imagoschade’ rekent KIM nog eens 200- tot 300 miljoen euro toe.
Geurpalen
Met zulke kosten loont het om te zien of die beesten niet van het spoor kunnen worden weggehouden, ook al zijn de investeringen in vluchtwegen, wildtunnels en ecoducten ook niet mals.
‘Het valt nauwelijks op, hè’, zegt specialist operationeel beheer Jeff Diks van Prorail bij de spoorwegovergang pal naast het station. Hij wijst naar de geurbarrière die is aangebracht om te voorkomen dat overstekende herten het baanvak optrippelen. Vijf jaar geleden haalden de beestjes nog het nieuws, omdat ze het perron opklommen.
De geurbarrière bestaat uit vier kunststofzuiltjes, aan weerszijden van de overgang aangebracht met het afweermiddel tupoleum. ‘De lucht doet ons mensen denken aan een volle asbak. Herten ruiken een brandlucht, maar tupoleum laat ze ook geloven dat er roofdieren in de buurt zijn’, legt Diks uit. ‘Het jaagt ze niet weg. Maar ze steken wel sneller over.’ In het verleden renden de herten in paniek wel het baanvak op. Door de hekken aan weerszijden konden ze niet ontkomen.
Dankzij de geurzuiltjes heeft de trein de afgelopen twee jaar bij Santpoort-Noord nog maar een keer last gehad van herten op het spoor. ‘Terwijl we vroeger zo’n twaalf meldingen per jaar hadden.’
Ook op andere plekken is het stinkende goedje ingezet om beesten van het spoor te weren. Tussen Den Bosch en Hedel zijn langs het spoor 85 palen geplaatst, op zo’n dertig meter van elkaar, om te voorkomen dat konijnen en andere knaagdieren holen graven in het talud, en dat op die manier ondermijnen.
Arbeidsintensief
Elke vier maanden, een beetje afhankelijk van het weer, moet het afweermiddel worden ververst. Het is minder arbeidsintensief dan de methode die pestbestrijders traditioneel gebruiken: fretten loslaten in de konijnenholen.
Tupoleum wordt ook gebruikt om muizen uit goten met kabels te houden. Een muis knaagde vier maanden geleden een leiding door van de hogesnelheidslijn. Het treinverkeer lag twee dagen op zijn gat.
Geurzuilen zijn een relatief jong wapen in de queeste naar een fauna-arm spoor. ‘Tot zover lijkt er geen gewenning op te treden’, zegt Diks. Berichten uit Duitsland lijken dat te bevestigen. Daar werd tupoleum dertig jaar geleden ontwikkeld om wild uit de buurt van de snelweg te houden.
Omdat de geurzuilen toch nog veel onderhoud vergen, kijkt Prorail ook naar andere middelen om het spoor veilig te houden. Diks: ‘We testen nu ook een netwerk met led-licht en geluidssignalen dat alleen aanslaat als dieren passeren.’ Zo’n systeem zou kunnen werken op de Maasvlakte, waar grote concentraties meeuwen neerstrijken en treinen langzaam rijden. Voor kleinere dieren zijn kunststof dwergtunnels ontworpen die tussen de dwarsliggers onder de stalen rails kunnen worden geschoven.
Met de kangoeroe bij Staphorst liep het zes maanden geleden goed af. Het diertje werd door gasten van café Spoorzicht met een lasso gevangen. ‘Skippy is verder gehopt’, twitterde de NS vrolijk.
Reactie schrijven